Slakken en longworm bij katten en honden
De slakkenplaag die de Nederlandse tuinen teisterde kwam vorig jaar regelmatig in het nieuws. Veel mensen vinden slakken vies. Dit jaar zal je zonder twijfel buiten ook veel slakken en naaktslakken tegenkomen, met name in het voorjaar, de zomer en het najaar. Het weer wordt door klimaatverandering hier steeds warmer en vochtiger, wat ideaal is voor slakken. En wist je al dat slakken ook ziektes kunnen overbrengen op je huisdier?
Besmetting | Symptomen | Diagnose | Preventie
De rol van de slak
Slakken hebben een grotere rol bij de verspreiding van longworm onder katten en honden dan je misschien zou verwachten. Ongeveer 1 op de 10 katten en 1 op de 20 honden in Nederland is besmet met longworm. Dit komt helaas steeds vaker voor, maar wordt niet altijd opgemerkt. De besmettingswijze is hetzelfde, maar er bestaan wel twee verschillende soorten: één soort longworm die katten besmet en één soort longworm die honden besmet.
Hoe raken katten en honden besmet?
Wanneer een kat of een hond een besmette (naakt)slak zelf of het slijm of ontlasting van een (naakt)slak binnennkrijgt, dan kan hij/zij besmet raken met longworm. Bijvoorbeeld door:
- een besmette (naakt)slak zelf op te eten;
- andere dieren die slakken eten, zoals muizen (vooral risicovol voor katten), op te eten;
- water waar besmette slakken doorheen zijn gekropen te drinken;
- uit bakjes buiten of gras waar besmette slakken doorheen zijn gekropen te eten.
Longwormziekte: wat zie je?
Als een kat of hond longwormlarven binnenkrijgt, verplaatsen deze zich van de bek naar de maag en door naar de longen, waar ze problemen veroorzaken. Tekenen kunnen variëren van mild tot ernstig en kunnen levensbedreigend zijn. Katten en honden met longwormziekte kunnen last krijgen van:
-
Hoesten
-
Moeite met ademhalen
-
Benauwdheid
-
Niezen
-
Minder actief
-
Gewichtsverlies
-
Bloedingen (alleen bij honden)
-
Hersenverschijnselen (alleen bij honden)
Longworm: diagnose en behandeling
Wanneer de dierenarts vermoedt dat een hond of kat longworm heeft, zal hij/zij in de meeste gevallen de ontlasting van de kat of hond willen onderzoeken om te zien of daar longwormlarven in te zien zijn of niet. Om de ernst van de schade die de longworm mogelijk heeft veroorzaakt bij de hond of kat te beoordelen, kunnen ook röntgenfoto’s van de longen worden gemaakt.
Wat betreft de behandeling van longwormziekte zijn er medicijnen beschikbaar. Soms dienen deze medicijnen meerdere keren te worden toegediend aan de hond of kat. Wanneer de longwormziekte ernstig is, kan extra behandeling nodig zijn, bijvoorbeeld antibiotica of een ontstekingsremmer. Bijvoorbeeld wanneer de hond of kat dermate benauwd is dat er extra zuurstof nodig is, is opname in de kliniek noodzakelijk om op te knappen.
Preventie van longworm bij katten en honden
Voorkomen is beter dan genezen. Preventie van longworminfecties is eenvoudiger dan je misschien verwacht. De meest logische voorzorgsmaatregel klinkt eenvoudiger dan het in de praktijk uiit te voeren is: zoveel het contact tussen je huisdier en slakken en besmette prooidieren vermijden. Voor huisdieren die vrij buiten rond mogen lopen, al is het in de tuin of een klein park, is dit een uitdaging. En contact met één besmette slak, diens spoor of slijm kan al genoeg zijn...
Het is dan ook voor iedere kat of hond die buiten komt aan te raden om met je dierenarts te bespreken om maandelijks een preventieve behandeling tegen longworm te gaan geven. Zo’n behandeling beschermt katten en honden tegen het krijgen van longwormziekte als gevolg van volwassen longwormen in de longen. De frequentie van 1x per maand is daarbij essentieel voor de juiste bescherming tegen longworm.
Wist je bijvoorbeeld dat er tegenwoordig via de dierenarts ook preventieve behandelingen beschikbaar zijn, die je kat of hond in één keer beschermen tegen alle belangrijke parasieten in Nederland? Denk aan longworm, spoelworm, vlooien en teken. Voor jachthonden en katten die buiten komen is lintwormpreventie ook van belang.
Advies op maat
Wanneer je de vragen op para-risk.nl alvast invult, ontvang je een risicoanalyse waarmee de dierenartsenpraktijk je parasietenbestrijdingsadvies kan geven dat precies bij je huisdier past. Het gedrag van je hond of kat, en waar hij/zij komt, is namelijk sterk van invloed op de parasitaire risico’s. En je wilt niet te weinig behandelen, maar ook zeker niet te veel.
Twijfel je over de gezondheid van jouw kat? Neem dan altijd contact op met een dierenarts.